Wanneer u overlijdt, laat u iets na. Dat kunnen bezittingen zijn maar ook schulden. U kunt een testament op laten stellen waarin u precies aangeeft hoe uw nalatenschap verdeeld moet worden. U kiest daarbij zelf wie uw erfgenamen zijn en wat zij krijgen. Verder kunt u in het testament vast laten leggen of uw partner vruchtgebruik krijgt, de wilsrechten van uw kinderen uitbreiden of een niet-opeisbaarheidsclausule of uitsluitingsclausule op laten stellen. Zo beschermt u de rechten van uw eventuele partner en kinderen.
Wanneer u geen testament op laat stellen, dan bepaalt de wet hoe uw nalatenschap verdeeld wordt. Dat wordt gedaan volgens het wettelijk erfrecht. Het wettelijk erfrecht bepaalt dat allereerst een partner (alleen bij huwelijk of geregistreerd partnerschap) en eventuele kinderen recht hebben op de nalatenschap. Zonder testament wordt uw nalatenschap in gelijke delen tussen hen verdeeld. Als uw partner nog leeft, krijgen de kinderen hun erfdeel later.
Heeft u geen partner of kinderen (meer)? Dan wordt er verder gekeken naar bloedverwanten zoals ouders, broers, zussen en (over)grootouders. Meldt niemand zich of wordt er geen familie gevonden, dan bewaart de staat uw nalatenschap 20 jaar, waarna het naar de staat gaat.
U kunt ook zelf afspraken op papier zetten over uw nalatenschap, zonder hiervoor de gang naar de notaris te maken. In een zogenaamd codicil, een handgeschreven document, kunt u aangeven wie uw spullen met emotionele waarde krijgen en of u speciale wensen voor uw uitvaart heeft. U kunt alleen spullen uit uw inboedel via een codicil nalaten, en alleen wanneer u heel duidelijk omschrijft om wat het gaat (dus niet een complete categorie zoals ‘sieraden’). Ook zijn een handtekening en datum verplicht om het wettelijk geldig te maken.
Het is goed om te weten dat u het codicil bij een notaris in bewaring kunt geven maar dat uw nabestaanden dan zelf contact op zullen moeten nemen met de betreffende notaris. Een notaris zoekt niet uit zichzelf contact met nabestaanden.
U kunt uw testament of codicil op ieder moment wijzigen, bijvoorbeeld wanneer uw persoonlijke situatie wijzigt. Dat kan het geval zijn als u een nieuw huis gaat kopen.
Met een overlijdensrisicoverzekering regelt u financiële zekerheid voor uw nabestaanden voor als u (voortijdig) overlijdt. Zo’n verzekering heeft een vaste looptijd, die u zelf kunt kiezen. Hoe lang de looptijd is hangt af van uw persoonlijke situatie. Daarnaast spreekt u een bepaald bedrag af wat u uit wil laten keren bij overlijden. Overlijdt u gedurende de looptijd, dan krijgen uw nabestaanden dat bedrag. Overlijdt u daarna, dan wordt er niets uitgekeerd. U bouwt dus geen kapitaal op.
Er zijn verschillende vormen overlijdensrisicoverzekeringen die u kunt afsluiten. Als u kiest voor een gelijkblijvende verzekering, wordt er altijd hetzelfde bedrag uitgekeerd. Maar hebt u bij overlijden op latere datum minder geld nodig, dan kunt u er voor kiezen om het bedrag wat uitgekeerd wordt te laten “dalen”. Dat gebeurt vaak bij mensen die dit gebruiken om bij onverwacht overlijden de hypotheek (deels) mee af te lossen. Hoe ouder ze zijn, hoe minder er afgelost hoeft te worden. U kunt dan kiezen voor een annuïtair dalende overlijdensrisicoverzekering of een lineair dalende overlijdensrisicoverzekering.
Heeft u nog vragen over nalatenschap en hypotheek en overlijdensrisicoverzekering? Neem dan vrijblijvend contact op met uw lokale adviseur.
Onderstaande gegevens hebben we nodig om contact met u op te nemen.